‘Vele wegen leiden naar Rome, luidt het spreekwoord. Het betekent dat er vele manieren zijn om een doel te bereiken. Maar het heeft ook een letterlijke betekenis. In de Romeinse Tijd, zo’n 2000 jaar geleden, legden de Romeinen misschien wel honderdduizend kilometer wegen aan in hun rijk. Handig voor troepenverplaatsingen en handel. En die wegen liepen allemaal naar Rome.
Nog steeds lopen heel veel wegen langs de Europese steden naar Rome. In de Middeleeuwen was dat heel handig als je op pelgrimsreis wilde naar deze stad. Daar waren immers de leerlingen van Jezus begraven, de apostelen Petrus en Paulus. Er was zelfs een imposante kerk op het graf van Petrus gezet, de huidige Sint Pieter. Voor christenen was Rome een heel belangrijke plek.
Een pelgrim was iemand die een belangrijke plaats bezocht die in de Bijbel werd genoemd, waar een heilige begraven was, of waar de moeder van Jezus, Maria, aan gelovigen was verschenen. Ook was deze reis een vorm van onthaasting, even weg uit het gewone leven, een stuk bezinning.
Jeruzalem
De langste reis in de Middeleeuwen was die naar het Heilige Land waar Jezus had gewoond en gepredikt. Met name Jeruzalem was het doel. Rond het jaar 1000 gingen soms groepen van honderden of duizenden mensen op pad. Meestal reisden ze naar Rome, dan per schip naar Alexandrië en dan via de Sinaï naar het einddoel. Er was ook een landroute via Hongarije, Constantinopel (nu Istanbul), Antiochië en dan afzakken naar Jeruzalem. Alle routes zaten vol gevaren, piraten en plunderende roverbendes lagen telkens op de loer. Vele pelgrims haalden hun einddoel niet.
Wonder
In 1511 moest Willemtgen Claesdr in Zoetermeer oppassen op het ruim vijf jaar oude zoontje van Claes Cornelisz, Cornelis geheten. Vader lag in bed en moest wegens ‘rasernie’ vastgebonden worden in bed, dus Willemtgen had weinig tijd voor de jonge Cornelis. Hij verdronk in de sloot en na vele uren tevergeefs hem tot leven proberen te wekken, besloten ze Maria aan te roepen, met in hun gedachten een Mariabeeld in de Nieuwe Kerk van Delft dat al tot zo veel wonderen had geleid. Claes beloofde dat hij met zijn kind naar Delft zou gaan en dat deze Cornelis pelgrim zou worden. En het kind kwam tot leven en vader werd verlost van zijn krankzinnigheid.
Cunera
Zoetermeerders ondernamen ook andere pelgrimsreizen. Achter Dorpsstraat 77 is tijdens een archeologische opgraving een deel van een pelgrimsinsigne gevonden, een bewijs dat je in het pelgrimsoord was geweest. Het metalen voorwerp stelt de heilige Cunera voor. Dat was in de 4e eeuw een vrouw aan het hof van de Friese koning Radboud die de jaloezie opwekte van de koningin. Die wurgde haar en de dader werd vervolgens krankzinnig. Radboud stichtte voor Cunera een kerk in Rhenen waar zij werd begraven. Bij het graf vonden wonderen plaats en dat leidde jaarlijks tot bezoek van duizenden pelgrims.
Straf
Pelgrimages konden ook opgelegd worden, als straf. Dat had als voordeel dat bijvoorbeeld een onruststoker even uit de stad was. Het bracht de gestrafte misschien tot inkeer en had daardoor een verzoenend effect, een herstel van de vrede in de gemeenschap. Vaak moest ook een verslag van de reis worden ingeleverd. Er werden gedurende de 14e en 15e eeuw honderden bedevaartsplaatsen in Europa genoemd. Maar eentje is speciaal omdat deze in de achtertuin van Zoetermeer lag: Wilsveen. In 1452 moest een veroordeelde vanuit Leiden op bedevaart naar Wilsveen. Niet zo’n lange reis en binnen twee weken leverde hij zijn reisverslag in.
Maria van Wilsveen
Ooit was over het water een stuk hout komen aandrijven, bedekt met kroos en wier. Het bleek een Mariabeeld te zijn. Er werd een kapel op die plek in Wilsveen gebouwd en bezoekers van het beeld genazen van ziekten. Dat leidde tot bedevaarten naar het beeld van Maria in de kapel. Zelfs toen het katholieke geloof verboden werd na de Reformatie in 1574 bleven de pelgrimages nog een honderd jaar doorgaan.
De kapel is verdwenen, de begraafplaats is er nog steeds op die plek. Het Mariabeeld heeft een plek gekregen in het Museum Catharijneconvent Utrecht. Een kopie is te bezoeken in de Sint-Bartholomeüskerk van Nootdorp en heeft na 1960 weer tot een bescheiden bedevaart geleid.
Pelgrimages of pelgrimstochten vinden ook vandaag de dag plaats. Naar Rome, Santiago de Compostella (graf van de apostel Jacobus), Lourdes (verschijning Maria) maar ook dichterbij naar Heiloo (Maria, genezende bron), of Brielle (Martelaren van Gorcum). Ook in andere geloven vinden pelgrimages plaats. In de Islam is Mekka een belangrijke plaats, in het Hindoeïsme de Gangesrivier.
Meer informatie:
Boeken en tijdschriften
- Grootveld, R. (Ronald). (1983). Een wonder in Zoetermeer. ’t Seghen Waert 1 (2), 2-3
- Van Herwaarden, J. (Jan). (1978). Opgelegde bedevaarten : een studie over de praktijk van opleggen van bedevaarten (met name in de stedelijke rechtspraak) in de Nederlanden gedurende de late middeleeuwen (ca 1300 – ca 1550). [Dissertatie Rijksuniversiteit Groningen].Van Gorcum.
- Juweel van een Heilige; verslag van een archeologisch onderzoek aan de Dorpsstraat in Zoetermeer. (1999). Historisch Genootschap Oud Soetermeer.
- Margry, P.J. & Caspers, C.M.A. Bedevaarten in Nederland. Deel 1: Noord- en Midden-Nederland. (1997). P.J. Meertensinstituut.
Websites
- Museumpark Orientalis: Ontdek de pelgrim – Museumpark Orientalis